zondag 30 augustus 2009

ik lees Stilton! #5


Het verhaal begint. Geronimo stelt zichzelf voor. Hij is uitgeefmuis en nodigt de lezer uit voor een megafantastisch avontuur. Toch weer even populistisch taalgebruik. Maar ik moet toegeven dat ik de zin die volgt best wel een tikkeltje literair vind: "Het begon zo, zo en niet anders..."

Dat begin is dan een 21ste juni, een dag waarop alles misgaat. De kantine van de redactie overstroomt, de airco doet het niet meer, de computer is gecrasht, de koffie is op, Geronimo moet nog 333 contracten ondertekenen en tot overmaat van ramp staat er ook nog eens een pukkel op zijn snuit. Wat volgt is een zoekplaat van de redactie waarop je een hele tijd kan blijven kijken wat er allemaal misloopt. Een goed voorbeeld van de afwisseling in dit boek. Wanneer Stilton die avond naar huis gaat is de ellende nog niet over: het metropersoneel staakt, het regent, paraplu vergeten. Thuis werkt het licht niet, op zoek naar kaarsen op een donkere zolder trapt Geronimo op een hark waarbij de steel tegen zijn gezicht kwakt, krijgt een boekenkast over zich heen, trapt op een verdwaalde rolschaats en valt, met zijn hoofd door een schilderij, buiten bewustzijn op de grond. Eigenlijk is dit niet meer dan simpele slapstick. Slapstick met enorme clichés dan nog, want al deze grappen zijn al miljoenen keren voorgedaan. Ik miste alleen nog de bananenschil. Maar slapstick is natuurlijk wel iets dat werkt bij kinderen.

Door het zolderraam schijnt het licht van een vallende ster precies op een kristallen doosje. In dat doosje vindt Stilton een gouden sleuteltje en een briefje met een boodschap in geheimschrift. De staart van de vallende ster verandert in een gouden trap. Geronimo klimt omhoog en arriveert voor een gouden poort die op slot blijkt te zijn. Natuurlijk past het sleuteltje - toeval o toeval - en onze held kan zonder problemen naar binnen. Daar ontmoet hij Prulletje Prulschrijver, de pad die bij het voorstellen van de personages werd geïntroduceerd als iemand die ervan droomt een bestseller te schrijven. Hier zijn zeker mogelijkheden om dit personage heerlijk uit te diepen, sterk te karakteriseren, humor mee te geven… Maar ik blijf op mijn honger zitten. Het enige wat gebeurt is dat de pad met een voortdurende rollende rrr spreekt en dat, telkens als Geronimo zich wat angstig gedraagt, Prulletje Prulschrijver zijn verhaal schrijft: "door de Gouden Poort trad een nobele Ridder Zonder Vrees of Blaam Binnen! Heer Geronimo van Stilton! Hij was groot en machtig, met trotse blik, blauwe ogen en blonde manen."

Blijft natuurlijk het probleem van de geheime boodschap op het briefje. Deus ex machina helpt weer een handje, want Prulletje Prulschrijver kent toevallig dat geheimschrift en vertelt Geronimo wat erop staat. Als lezer krijg je dat echter niet te horen en kan je de boodschap zelf ontcijferen aan de hand van de sleutel (elk symbool staat voor een letter) achteraan het boek. Weer die afwisseling. Dit is de boodschap; "O dappere ridder, kom met grote spoed. Alleen u kunt mij redden. Florina verwacht dat u het doet." Florina is de feeënkoningin, vertelt Prulletje Prulschrijver, en om haar te redden moet Geronimo door de zeven rijken van Fantasia.
"Ik ben nooit een moedige man, eh muis, geweest, maar als er iemand in nood is, zal ik altijd helpen," Besluit Geronimo. De verspreking vind ik nogal flauw en zijn besluit te helpen nogal gemakkelijk en vlug gemaakt. Maar wil je dat kinderen zich met je held identificeren, dan is dat natuurlijk weer een truc die goed opbrengt.

Op dit moment blijven bij mij nog vele vragen over. Hoe is dat doosje op Geronimo's zolder terechtgekomen? Wat is er met de feeënkoningin aan de hand? En waarom is net Geronimo uitverkoren om Florina te redden? Vele vragen waar hopelijk gauw een antwoord op komt.
En natuurlijk wil ik wel wat meer weten over Prulletje Prulschrijver, want zulk een personage vraagt gewoon om door geïntrigeerd te worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten